Tot het jaar 1344 behoorde Montfort, gelegen in ‘de Windhoek van Gelder’, parochieel deels onder Linne, deels onder St. Odiliënberg. De reden van deze merkwaardige splitsing van het dorp moet gezocht worden in de overstromingen van de Vlootbeek die tussen het dorp en het kasteel loopt. Dat jaar, om precies te zijn op 10 maart 1344, verhief de bisschop van Luik in Montfort tot zelfstandige parochie. Tevens gaf hij verlof tot de bouw van een nieuwe kerk. Maar ook daarvóór was er al sprake van een ‘chapella van Montforde’ en een ‘chapelaan’ aldaar. De parochie hoorde vanouds tot het (land-)dekenaat Susteren.
De geschiedenis van de kerk en de parochie van Montfort is nauw verbonden met het eeuwenoude kasteel van Montfort (in de volksmond ook wel ‘de Grauwert’ genoemd) dat rond 1260 werd gebouwd door Hendrik van Gelre, prins-bisschop van Luik. Het kasteel vormde tot aan de Franse tijd het centrum van het (drost-)ambt Montfort, waartoe oorspronkelijk naast St. Odiliënberg en Vlodrop (met Posterholt) ook de zuidwestelijker gelegen plaatsen Nieuwstadt, Roosteren, Echt (met Ohé en Laak) Linne en Maasbracht behoorden. Later kwamen daar nog de noordoostelijker gelegen plaatsen Swalmen, Asselt, Elmpt, Beesel en Belfeld bij.
Bij de oprichting van het bisdom Roermond in 1559/61 werd Montfort aan dit bisdom toebedeeld en werd het zelfs een dekenaat. Tot dat dekenaat behoorden niet alleen bovengenoemde parochies, maar ook die van Stevensweert en Roermond (!). In 1778 trad in de persoon van Carolus Franciscus Rijksz (1746-1805) een bijzondere pastoor in Montfort aan, zoon van de toenmalige drossaard van Montfort Johannes Carolus Rijksz en zijn echtgenote Margaretha Maria van Baerle. Aan hem dankt Montfort haar monumentale pastorie uit 1787 die in 2021 verkocht werd.
Toen in 1801/02 het (eerste) bisdom Roermond werd opgeheven, werd Montfort weer aan het bisdom Luik toebedeeld. Sinds 1840 resp. 1853 behoort Montfort tot het (tweede) bisdom Roermond en het dekenaat Roermond. Bij de oprichting van het dekenaat Echt in 1895 werd Montfort aan dit dekenaat toebedeeld. Bij de samenvoeging van het dekenaat Susteren-Echt werd Montfort weer dekenaat Roermond, waartoe ook de andere parochies van de Roerstreek van oudsher behoren.
De oorspronkelijke kerk van Montfort, toegewijd aan de H. Catharina (25 november), was op een kerspel van ongeveer 300 zielen berekend; in 1668 telde de parochie 250 communicanten. Pas in 1853 was het aantal parochianen zozeer gestegen dat er een nieuwe kerk moest worden gebouwd. Deze (neogotische) kerk van Montfort, gereedgekomen in 1858 en ontworpen door architect Karl Weber, een “uit kunstzinnig oogpunt vrij waardeloos gebouw” (Van Rijswijck), raakte begin 1945 ten gevolge van oorlogsgeweld ernstig beschadigd. Desondanks bleven het hoofaltaar en de preekstoel intact, evenals de verplaatsbare inventaris die men van te voren in veiligheid had gebracht. Eigenblijk mag het een wonder heten dat de kerk van Montfort behouden is gebleven. De Duitsers hadden namelijk het plan om ook deze kerk (evenals de andere kerken van de Roerstreek) op te blazen. Toch is men daar om de een of andere reden niet in geslaagd. Hierover doen verschillende theorieën de ronde.
In 1946 kon de kerk weer hersteld worden. Het herstel van de toren volgde in 1948. Ze werd afgebroken toen in 1964 de huidige St. Catharinakerk in gebruik werd genomen. Bij de opheffing van het (zelfstandige) dekenaat Echt in 2003 werd Montfort aan het dekenaat Roermond toebedeeld, omdat ook de de andere parochies van het cluster (en van de gemeente Ambt Montfort en later – sinds 2007 – van de gemeente Roerdalen) tot dat dekenaat behoorden.
Naast de H. Catharina wordt in Montfort (net zoals in Vlodrop trouwens) de H. Antonius abt (17 januari) bijzonder vereerd. Op de zondag rond 17 januari worden in Montfort ter ere van St. Antonius (patroon van de veehouders) zand en brood gezegend.
Het oudste gedeelte van het parochie-archief werd aan het Roermondse gemeente-archief overgedragen. De inventaris is digitaal raadpleegbaar.
Kerkelijke (DTB-)registers worden vanaf 1615 gevoerd. Die van 1615 tot 1797 zijn digitaal raadpleegbaar.